IEA Bioenergy heeft een rapport gepubliceerd over de implementatie van bio-energie in Nederland. Dit rapport is gebaseerd op data uit de World Energy Balances and Renewables Information 2024 van het Internationaal Energieagentschap (IEA) en bevat aanvullende informatie van de IEA Bioenergy Executive Committee, nationale experts en bronnen zoals FAOstat en Eurostat.
Het rapport biedt een diepgaand inzicht in de rol van bio-energie in Nederland, van de huidige stand van zaken tot belangrijke trends en beleidsontwikkelingen. Er wordt specifiek aandacht besteed aan de uitdagingen die een dichtbevolkt land met beperkte biomassa en een hoge energievraag met zich meebrengt, evenals de kansen die biomassa biedt in de transitie naar een duurzame energievoorziening. De inhoud is goedgekeurd door nationale vertegenwoordigers en dient als leidraad voor beleidsmakers en belanghebbenden.
De belangrijkste punten uit het rapport zijn:
- Hernieuwbare energie in 2022: Hernieuwbare bronnen maakten 12,7% uit van de totale energievoorziening in Nederland, terwijl het aandeel in het eindverbruik 15,6% was. Biomassa leverde ongeveer 45% van de hernieuwbare energie.
- Beperkte binnenlandse biomassa: Nederland beschikt over beperkte eigen biomassa. Een groot deel van de benodigde grondstoffen komt uit residuen, afval en import. De afhankelijkheid van import verschilt sterk: 0% voor biogas, 12% voor afval en 36% voor vaste biobrandstoffen.
- Afname van aardgasgebruik: Aardgas speelde lange tijd een dominante rol in de Nederlandse energievoorziening, maar het gebruik daalde fors sinds 2021 door de groei van wind- en zonne-energie, de gascrisis van 2022 en de afbouw van de eigen gaswinning. In 2021 was Nederland al voor 50% afhankelijk van gasimporten.
- Bio-energie in transport: Bio-brandstoffen spelen een belangrijke rol in het vergroenen van transport. Biodiesel maakte in 2022 6,2% uit van het dieselgebruik, terwijl bio-ethanol 6,4% van het benzineverbruik vertegenwoordigde. Bio-brandstoffen worden gezien als tijdelijke oplossing, in afwachting van duurzamere alternatieven.
- Veranderingen in biomassabeleid: Sinds 2020 hanteert Nederland een cascaderend beleid, dat prioriteit geeft aan het gebruik van biomassa voor hoogwaardige toepassingen, zoals chemische grondstoffen en materialen. Het gebruik van biomassa voor warmte en elektriciteit wordt afgebouwd.
- Groen gas en CCS: Vanaf 2025 geldt een verplichting tot het bijmengen van groen gas in de gebouwde omgeving, oplopend tot 1,6 miljard m³ in 2030. Bovendien is sinds 2024 subsidie beschikbaar voor projecten met BECCS (bio-energie gecombineerd met CO₂-opslag).
- Toekomstperspectief: Biomassa blijft een belangrijke rol spelen in de energietransitie, met name in sectoren zoals scheepvaart en luchtvaart, waar biobrandstoffen als overgangsbrandstof worden gezien. Tegelijkertijd werkt de overheid aan wetgeving die een geïntegreerd en duurzaam gebruik van bio-grondstoffen stimuleert.
Deze update benadrukt hoe Nederland stappen zet naar een duurzamere energievoorziening door bio-energie en biomassa efficiënter en strategischer in te zetten, terwijl de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen verder wordt teruggedrongen.