“Komt er nog wat van”, is de eerste reactie die je doet verzuchten als je ziet hoeveel er in diverse internationale gremia over verduurzaming wordt gesproken, maar niet wordt gehandeld. We hebben net de COP29 achter de rug waar we niet veel verder zijn gekomen dan uitspraken als: “In verband met de klimaatdreiging is onmiddellijke actie nodig”, maar bij de concretisering komen we niet verder dan dat opslag van duurzame energie versneld moet worden en dat er een vergoeding is afgesproken voor geleden schade in de ontwikkelingslanden.
Toch zijn er lichtpuntjes, zowel van de zijde van bedrijven als van de overheid. Bedrijven die investeren en overheden die beleid implementeren. Natuurlijk, het moet sneller, maar er worden toch stappen gezet: voor ons in Nederland zijn de Europese regelgeving, zoals RED 3 met de versterkte duurzame energie verplichting, en ook de ETS1 en ETS2, het meest leidend, waarmee bedrijven in Europa gedwongen worden hun directe emissies en de emissies van de brandstoffen die ze leveren te reduceren. Voor de luchtvaartsector gaat dit al in 2025 spelen, als men verplicht wordt 2% Sustainable Aviation Fuels bij te mengen, oplopend naar 6% in 2030. Deze verplichtingen gaan de komende decennia een steeds grotere rol spelen en moet in respectievelijk 2050 en 2042 tot zero emissie leiden. Daar zullen de bedrijven grote investeringen voor moeten doen, zoals het Draghi rapport ook al laat zien.
Ook buiten Europa worden er plannen gesmeed om de verduurzaming en toepassing van hernieuwbare grondstoffen te versnellen. Op de recent gehouden gezamenlijke meeting van de G20-landen, tezamen met de Clean Energy Ministerial en Mission Innovation in Brazilië, zijn afspraken gemaakt over het versnellen van de ontwikkeling en toepassing van biogrondstoffen. De Integrated Biorefineries Mission en de Biofuture Initiative/Campaign organiseerden gezamenlijk workshops waarmee de aanpak is verkend rondom de biomassa beschikbaarheid, Carbon Accounting en de toepassing van groene koolstof in de chemie sector. De resultaten zijn samengevoegd met andere duurzame brandstoffen als waterstof en e-fuels in een CEM verklaring rondom Future Fuels[1]. Negen landen, waaronder Nederland, doen hieraan mee en de precieze afspraken kun je nalezen in de bijlage (zie referentie in de voetnoot). Het gaat om het vergroten van zowel de consumptie als productie van duurzame brandstoffen, alsook handel en een goede carbon accounting.
Een in oktober uitgevoerde innovatie missie naar India over het thema bio-energie, biobrandstoffen en bioraffinage liet zien dat in dat land men ook een versnelde invoering van hernieuwbare energie nastreeft. Zo wil men naar een mandaat van 20% biobrandstoffen; voornamelijk bio-ethanol, maar ook productie van biogas voor koken en elektriciteitsproductie[2]. Niet alleen stimulerend beleid, maar ook een actieve industrie laat zien dat wereldwijd de opschaling en versnelling ter hand worden genomen; het bedrijf Praj ontwikkelt in Pune geavanceerde conversie technologie voor zowel 1G- als 2G-bio-ethanol productie, en er wordt nu een 2G-installatie in Haryana[3] opgestart en er zullen nog drie bijkomen in India. In Brazilië zien we hetzelfde, waar het bedrijf Raizen[4] de eerste 2G-bio-ethanol plant heeft gerealiseerd en ook van plan is er nog vier te bouwen in de komende vijf jaar. Behalve geavanceerde bio-ethanolproductie zijn beide landen ook actief met bioplastics (bijvoorbeeld Braskem in Brazilië) en in diverse chemicaliën zoals Godavari Biorefineries[5] in India. De missies naar zowel India als Brazilië hebben laten zien dat er voor Nederlandse MKB bedrijven en startups kansen zijn om met deze bedrijven samen te werken en hun technologische samenwerking aan te gaan.
Er ligt een gigantische transitie voor ons, waarin de samenleving en industrie van een lineaire fossiele structuur naar circulair en hernieuwbaar moet gaan. We weten het, maar doen het nog te weinig.
Niet afwachtend zijn, maar kansen nu grijpen, het is belangrijk dat er een goede uitgangspositie voor de toekomst wordt opgebouwd. Diverse bedrijven nemen het voortouw en door internationaal de goede samenwerkingspartners te zoeken kunnen we de ontwikkeling en toepassingen versnellen. Niemand van ons kan zich veroorloven later te moeten zeggen, ik heb het niet geprobeerd.
Wilt u ook internationaal op het gebied van bioraffinage samenwerking, meld u dan: Kees.Kwant@RVO.nl
[1] Action Plan to Accelerate Future Fuels Launched at CEM15 | Clean Energy Ministerial
[2] National Bio Energy Programme | MINISTRY OF NEW AND RENEWABLE ENERGY | India
[3] 2G Ethanol – Praj Industries
[4] E2G – Second Generation Ethanol – Raízen RI
Over de auteur
Kees Kwant
Netherlands Enterprise Agency (RVO)
Kees Kwant is a Senior Expert on Bioenergy and Circular Biobased Economy at the Netherlands Enterprise Agency (RVO), a department of the Ministry of Economic Affairs and Climate in the Netherlands. He primarily links researchers and industry to help develop the circular biobased economy and bioenergy in the Netherlands and abroad. He is Member CEM Biofuture Initiative and leads the Mission Innovation Mission Integrated Biorefineries as Mission Director.