De nuchtere Engelsen hadden het al door: ‘Je kunt geen omelet maken zonder eieren te breken’. Met hout en bomen is het niet anders: voor een houten tafel is een gezonde, dikke boom omgezaagd. En dat omzagen is soms en voor sommige mensen, een pijnlijke aangelegenheid. Niet raar natuurlijk, zeker als het over dikke bomen gaat in je vertrouwde wandel- of woonomgeving.
Door de afstand tussen het product, hout van de bouwmarkt of in de meubelzaak, en de bron van het hout, het bos, zien de meeste consumenten geen verband tussen houtgebruik en de kap van bomen. Anders gezegd: persoonlijk houtgebruik wordt niet vanzelfsprekend geassocieerd met het bos waar het hout groeit. Een ochtendwandeling in een bos wordt niet in verband gebracht met de aanschaf van een tafel, of hout voor de tuinschutting in de middag.
Een interessante paradox: mensen die het sterkst gekant zijn tegen de kap van bomen, verkiezen in hun dagelijks bestaan vaak juist natuurlijke producten boven spullen van kunststof.
Als bosbeheerders, of hun pr-collega’s, gaan communiceren over houtkap, gaat het vaak vooral over bloemetjes, bijtjes, de betekenis van dood hout, en dergelijke. Of erger: ‘We moeten zagen om het bos gezond te maken’. (zagen kan nuttig zijn, maar houtoogst is nooit ‘nodig’). Maar het benutten van het hout, en dat er mooie dingen van gemaakt kunnen worden ontbreekt vaak in de verhalen. De labels van de AVIH om op de houtstapels langs boswegen de (vele) verschillende bestemmingen van het hout duidelijk te maken, zouden verplicht moeten zijn. Zeker in een druk bezocht gebied.
In de pan lacht de omelet je toe, je ruikt hem al. Opeten is nog fijner. Als we over een tijdje misschien allemaal vega zijn, zal blijken dat we prima zonder eieren kunnen. Maar onze samenleving zonder hout? Dat is niet voor te stellen – sterker, er is een tendens om veel in hout te gaan bouwen.
Dus bosbeheerder hou de ‘pijn’ van het eierenbreken klein: werk bij de velling met respect voor de bosbezoekers en wees eerlijk en HELDER over HOUT.
Achtergrondinformatie: Houtfabriek.nl
Column van Simon Klingen
Deze column is ook verschenen in het vakblad NBL van maart 2024