Vattenfall pauzeert de ontwikkeling van een biowarmtecentrale in Diemen en gaat in gesprek met de betrokken gemeenten, de provincie Noord-Holland en demissionair minister Jetten van Klimaat en Energie om samen de mogelijkheden van alternatieve duurzame warmtebronnen en de tijdige ontwikkeling daarvan te verkennen. Daarbij zal voor Vattenfall de betaalbaarheid van die alternatieve stadswarmtebronnen voor de 84.000 klanten het belangrijkste uitgangspunt zijn, samen met duurzaamheid en betrouwbaarheid.
Vattenfall heeft de biowarmtecentrale in ontwikkeling genomen omdat het de meest betaalbare vorm van duurzame warmte is en de enige bron die op korte termijn grootschalig en betrouwbaar warmte kan produceren. Met de recente uitspraak van de Raad van State loopt de ontwikkeling van deze bron vertraging op. Hierdoor kan zich nu de situatie voordoen dat alternatieve duurzame warmtebronnen uiteindelijk even snel te ontwikkelen zijn. Daarom is het nu logisch om een mogelijke versnelling van alternatieve stadswarmtebronnen te onderzoeken met de betrokken overheden.
Plannen versnellen en opschalen
De voorbereidingen van Vattenfall voor de ontwikkeling van deze andere duurzame warmtebronnen – zoals geothermie, restwarmte uit waterstofproductie en datacenters, aquathermie en gascentrales ombouwen naar waterstof – liepen al parallel aan de ontwikkeling van de biowarmtecentrale. Deze waren bedoeld om op termijn de warmtelevering uit deze centrale over te nemen. Nu de biowarmtecentrale vertraagd is, zal Vattenfall samen met de gemeente Amsterdam, Diemen en Almere, de provincie Noord-Holland en de Nederlandse overheid kijken in welke mate de plannen voor alternatieve bronnen versneld én verder opgeschaald kunnen worden. Voor de realisatie van deze alternatieve warmtebronnen moet de komende jaren voldoende steun zijn vanuit de overheden: grote investeringsbeslissingen voor meerjarige projecten kunnen alleen worden genomen als daar eenduidig beleid en structureel draagvlak voor is én als partijen samenwerken.
Bron: Vattenfall