De wereld verandert, dus Royal Cosun ook. De bijna 125-jarige agrarische coöperatie met ruim 8.000 telers van oeroude gewassen als suikerbieten, aardappelen en cichorei ziet, naast de productie van voeding en groen gas ook toekomst in de ontwikkeling van hoogwaardige en klimaatvriendelijke biobased materialen. “Wij geloven dat we nog veel meer uit planten kunnen halen.”
“Unlock 25 is de toepasselijke naam van de strategie die Royal Cosun het afgelopen jaar heeft vastgesteld”, zegt Hans Meeuwis, CEO van de coöperatie. “Het verdienmodel van onze leden-akkerbouwers van de coöperatie staat al een tijd onder druk. COVID-19 en de huidige situatie in de energiemarkt hebben daar niet bij geholpen. Daarom is het tijd voor een nieuwe strategie waarbij we meer waarde uit onze gewassen willen halen voor de leden.”
Royal Cosun is een coöperatie van bietentelers. Vijf internationale bedrijven maken deel uit van Cosun waarvan Cosun Beet Company (vroeger Suiker Unie) en Aviko (frites -en aardappelproducten) de bekendste zijn. De andere bedrijven zijn Sensus (voedingsvezels en suikervervangers), SVZ (groente- en fruit ingrediënten) en Duynie Group (diervoeding uit reststromen en co-producten uit de food &agri).
Groeigebieden
De nieuwe strategie beslaat alle bedrijven van Royal Cosun. “De telers zijn eigenaar van het bedrijf”, zegt Meeuwis. “Dus de strategie – gericht op een hoger rendement – is ook samen met hen opgesteld. Zij zien dat de keuzes die we nu maken hun verdienmodel op de lange termijn verbeteren. Uiteindelijk moet de synergie tussen de bedrijven en de prioriteiten voor groei die we nu gezamenlijk stellen, de gehele groep versterken. De inzet op nieuwe groeigebieden zoals plantaardige eiwitten, biobased ingrediënten en voedingsvezels is daar een mooi voorbeeld van.”
Verdienmodel van biobased
Meeuwis ziet dat de interesse van de markt voor biobased materialen hoog is. Shampoos, douche-gels, dagcrèmes, wasmiddelen en vaatwasblokjes bevatten steeds vaker functionele componenten op basis van suikerbiet in plaats van petrochemische ingrediënten met een relatief grote CO2 voetafdruk. “Deze verschuiving is het gevolg van de toenemende zorg om klimaatverandering”, zegt Meeuwis. “Maar de business case moet ook kloppen. Daarvoor moet je op grote schaal kunnen produceren”. Een ingrediënt waar dit nu al goed mee lukt is Betafib, een natuurlijk verdikkingsmiddel gemaakt van pulp, een reststroom uit de suikerbiet. Dit heeft toepassingen in non-foodproducten zoals in huidverzorging, verf en bouwmateriaal. In de toekomst zijn er ook voedingstoepassingen denkbaar, maar daar wordt op dit moment nog niet aan gewerkt. “Het verdienmodel van Betafib ziet er goed uit, maar we hebben natuurlijk meer van dit soort innovaties nodig.”
Plantaardige eiwitten
Een ander gewas met veel potentie is cichorei. De wortels bevatten voedingsvezels die goed zijn voor je darmen. Ook kunnen ze verwerkt worden tot een zoetstof die dient als suikervervanger. Daarnaast is Royal Cosun actief in de verwerking van favabonen tot plantaardige eiwitten voor zuivelvervangers. Favabonen zijn eiwit- en vezelrijke peulvruchten die veel in de keukens in het Midden-Oosten worden gebruikt. Cosun Beet Company kijkt zelfs naar de mogelijkheden voor de ontwikkeling van het plantaardig eiwit Rubisco, gewonnen uit het blad van de biet. Meeuwis: “Zo dragen we bij aan de eiwittransitie, waarin we toewerken naar het gebruik van meer plantaardige eiwitten. Verder produceren we jaarlijks 6 miljoen ton biomassa aan reststromen. Die stroom opwaarderen naar weer bruikbare ingrediënten voor food, feed (diervoeding, red.) en non-food toepassingen is wat ons betreft de heilige graal. Mooier wordt het bijna niet.”
Groen gas
Een groot deel van alle reststromen gebruikt Royal Cosun nu om, door middel van vergisting, groen gas mee te maken. Op dit moment is de coöperatie één van de grootste groengasproducenten van Nederland. Maar meer inzetten op het verwerken van reststromen naar bruikbare ingrediënten, betekent minder grondstof voor het produceren van groen gas. “Gezien de huidige energiecrisis hebben we dat eigen groene gas hard nodig”, zegt Meeuwis. “Het alternatief is gas inkopen, maar dat is hartstikke duur. Helaas betekent dit op de korte termijn iets minder focus op het produceren van biobased materialen. Dat is dus best een dilemma.”
Helderheid voor de boeren
Voor wat de coöperatie en de leden-akkerbouwers betreft ziet Meeuwis dat telers worstelen met de onzekerheid van robuust overheidsbeleid voor het verduurzamen van de landbouw. “De boer wil toekomstperspectief. En zolang die ontbreekt is de bereidwilligheid om allerlei duurzaamheidsinnovaties te starten beperkt. Als coöperatie hebben we een belangrijke rol om deze boodschap over te brengen aan de overheid. Samenwerking tussen de coöperatie, telers, verwerkers en overheid is essentieel voor verdere stappen in verduurzaming.”
Landbouwsubsidies
De landbouw heeft behoefte aan initiatieven die duurzaamheid in de sector kan stimuleren, zegt Meeuwis. Hij haalt een voorbeeld uit Duitsland aan, waar boeren flinke subsidie krijgen als ze eiwitrijke gewassen telen. “Uiteindelijk moet elk verdienmodel zichzelf kunnen bedruipen, zonder subsidie. Anders is het geen verdienmodel. Maar je hebt wel een kickstart nodig om zoiets rendabel te maken. Een startsubsidie helpt daarbij. Zo breng je de teelt van nieuwe gewassen op gang die zo belangrijk zijn voor de eiwittransitie.”
Teler merkt klimaatverandering
Los van de sores over beleid en regelgeving kampt de teler ook direct met de uitdagingen van klimaatverandering in Nederland. Want hoewel orkanen en bosbranden ons grotendeels bespaard blijven, zijn de gevolgen van een veranderend klimaat merkbaar. Meeuwis: “We krijgen steeds vaker te maken met extreme weersomstandigheden. Lange periodes van droogte worden afgewisseld met kortstondige, intensieve regenval. Deze grilligheid zorgt ervoor dat gewassen beschadigen of ziektes kunnen ontstaan. Deels zijn daar middelen voor gewasbescherming voor, maar wij hebben ook de ambitie om het gebruik daarvan te verminderen.” Voor de langere termijn doet Royal Cosun onderzoek naar gewassen die beter bestand zijn tegen dit nieuwe, onstuimige weertype.
Aanpassingsvermogen
Uiteindelijk vindt er een transformatie plaats, zowel op het gebied van klimaat als in de maatschappij. Meeuwis: “En die verschuiving gaat invloed hebben op wat er groeit op onze akkers. Daarvoor is aanpassingsvermogen nodig, dat geldt voor ondernemers, voor onze telers en voor ons als coöperatie. Wij weten nu met onze nieuwe strategie welke richting we op gaan: gezond, duurzaam, innovatief en met een goed verdienvermogen. We zijn ervan overtuigd dat dit de toekomst is.”
Auteur: Teun Schröder. Bron: Change.inc