De provincie Overijssel gaat weer geld steken in biomassa waarbij hout wordt verbrand. Financiering daarvan werd vorig jaar nog opgeschort, omdat niet kon worden gegarandeerd dat alleen duurzaam geteeld hout werd gebruikt. Maar eisen stellen blijkt niet te mogen. Volgens het provinciebestuur is biomassa ‘nodig’ voor de energietransitie en om de klimaatopgave te realiseren. Een meerderheid van de provinciale politiek stemde woensdag in met de nieuwe ‘biomassaroute’ van de provincie.
De geldkraan van het Energiefonds Overijssel gaat daardoor – alleen voor bepaalde toepassingen van biomassa – weer open. Het gaat bijvoorbeeld om ‘proceswarmte’ in de industrie, waarvan de verwachting is dat daarvoor op termijn duurzamere alternatieven zijn, op waterstof of elektriciteit.
Ook warmtetoepassingen, zoals de verwarming van monumentale panden of stadskernen zijn een optie, als daarvoor geen duurzame alternatieven (zoals warmtepompen) voorhanden zijn. In lijn met een besluit van het kabinet van vorige maand, mag het in dit geval niet om zo genoemde ‘houtige biomassa’ gaan, maar bijvoorbeeld wel om biogas.
De provincie Overijssel stelde aanvankelijk herkomsteisen aan het hout. Maar: “Dat bleek tot onze verrassing niet toegestaan”, zei gedeputeerde Tijs de Bree daar vorig jaar over. Dat gegeven én het feit dat in Den Haag werd gewerkt aan nieuw beleid, waren toen aanleiding om de financiering van biomassa via het Energiefonds Overijssel tijdelijk op te schorten.
Dat beleid is er inmiddels. Door te sturen op ‘gewenste’ toepassingen en met de gestelde voorwaarden, is het volgens de provincie daarom nu wél verantwoord om biomassaprojecten financieel te ondersteunen. “Met dit nieuwe beleid anticiperen we op nationale en Europese ontwikkelingen en geven we meer sturing aan biomassaprojecten die we steunen”, schrijft het provinciebestuur in het voorstel.
Foto: Provincie Zeeland
Bron: rtvoost.nl