Het kabinet presenteert later vanochtend het ‘Nationaal Groeifonds’, waarvoor de komende vijf jaar in totaal 20 miljard euro kan worden geleend. Dat geld moet worden gebruikt voor langetermijninvesteringen, zoals projecten in de kennisontwikkeling, infrastructuur, onderzoek en innovatie.
Aanvankelijk was het idee dat de overheid een veel groter bedrag zou vrijmaken voor het zogenoemde Wopke-Wiebesfonds, genoemd naar de twee initiatiefnemers: ministers (Wopke) Hoekstra en Wiebes. Er werd gesproken over 50 tot 100 miljard euro. Dat geld zou de overheid wat minister Hoekstra van Financiën betrof in één keer lenen en in een staatsbeleggingsfonds stoppen. Omdat de rente nu zo laag is, zou dat gunstig zijn.
Maar daar kwamen zijn ambtenaren tegen in het geweer. Zij waarschuwden hem dat “schuld aangaan om te beleggen risicovol is”, bleek afgelopen zomer uit interne documenten (.pdf). “Het scenario van negatief rendement is realistisch en zorgt voor politiek afbreukrisico.” Als zo’n hoog bedrag was geleend, had niet alles direct geïnvesteerd kunnen worden, maar had het grootste deel eerst moeten worden belegd en tegen zo’n beleggingsfonds waarschuwden de ambtenaren dus juist.
Daarom kiest het kabinet er niet voor om in één keer een enorme som geld te lenen, maar wil het de staatsschuld jaarlijks met 4 miljard euro extra laten oplopen om het fonds mee te vullen.
Wensen lopen erg uiteen
Het idee achter het fonds is dat er buiten de politieke agenda om geïnvesteerd wordt in ontwikkelingen die bijdragen aan de economische groei en aan het halen van de klimaatdoelen van Parijs. Daarom gaat een onafhankelijke commissie beoordelen wie het geld krijgt.
Projecten krijgen eenmalig een bedrag, niet structureel. Toch zal die commissie uiteindelijk slechts een advies geven, dat het kabinet kan overnemen. Ook de Tweede Kamer kan alsnog investeringen blokkeren. Volledig los van de politiek staat dit fonds dus niet.
Nu al lopen de wensen erg uiteen. Zo is er een roep in de Tweede Kamer om het geld te gebruiken om de Noord-Zuidlijn in Amsterdam te verlengen, het spoor in Zuid-Holland te verbreden en een snelle treinverbinding naar Groningen aan te leggen. Maar er gaan ook geluiden op om te investeren in peuteronderwijs, waterstofinfrastructuur of biotechbedrijven.
Nog geen concrete projecten
Volgens premier Rutte is zo’n fonds juist nu een goed idee. “Want als mensen, bedrijven en de overheid, weerbaar en wendbaar zijn, kunnen we ook in de toekomst onverwachte klappen beter opvangen.”
Concrete projecten gaat het kabinet vandaag nog niet bekendmaken. De komende tijd kunnen mensen en organisaties zich aanmelden als zij denken dat het geld naar hun plan moet.
Of het fonds ook echt gaat oplopen tot 20 miljard euro hangt ook af van volgende kabinetten en of zij de noodzaak ervan zien. Op 1 januari moet de eerste 4 miljard euro in het fonds zitten.
Klik hier voor het originele artikel